Steve Winwood is een Brits muzikant die vooral bekend werd om zijn spel op het Hammondorgel. Daarnaast is hij gitarist.
Winwood was al vroeg actief in de rhythm-and-blues-scene in Birmingham. Hij begeleidde bluesgrootheden als Muddy Waters en John Lee Hooker op hun Britse tournees en zou Jimi Hendrix hebben leren improviseren. Op diens album "Electric Ladyland" is Winwood te horen in de bluesversie van "Voodoo Chile".
Winwood werd op zijn vijftiende lid van "The Spencer Davis Group", die hits had als "Keep On Runnin' ", "Gimme Some Lovin' " en "I'm a Man". In 1967 richtte hij met Chris Wood, Jim Capaldi en Dave Mason de band "Traffic" op. In 1969 maakte Winwood deel uit van de groep "Blind Faith", die echter geen lang leven was beschoren. In 1970 speelde hij korte tijd bij "Airforce" van Ginger Baker. Vervolgens kwam "Traffic" weer bij elkaar en werd het album "John Barleycorn Must Die" opgenomen.
Na artistieke meningsverschillen viel "Traffic" uit elkaar. Winwood nam in 1977 zijn eerste soloalbum op. Daarna volgden "Arc Of A Diver" (1980), "Talking Back To The Night" (1982) en "Back In The High Life "(1986).
In 2004 was Winwood onderdeel van een grote househit. Zijn lied "Valerie" werd door zowel Thomas Bangalter als door Eric Prydz gebruikt in het nummer "Call on me". De versie van Bangalter, die de track bedacht had, werd nooit uitgebracht. De versie van Prydz werd door Winwood opnieuw ingezongen en daarmee kon de plaat op grote schaal worden uitgebracht en werd het een grote hit.
Als studiomuzikant speelde Winwood onder andere mee bij David Gilmour, Talk Talk en Jools Holland. In 2010 ging hij op tournee met Eric Clapton. In 2012 kreeg hij een ster in de "Music City Walk of Fame" in Nashville.