Een elektriciteitspenning of lichtpenning is een penning waarmee men tot in de jaren 60 van de 20e eeuw het elektriciteitsverbruik in vele gemeenten kon betalen. In de meterkast was hiertoe een muntmeter geplaatst. Het verbruik werd per kilowattuur (kWh) afgerekend. Sommige elektriciteitspenningen hadden een aangegeven waarde in kWh, andere in guldens.
De penningen werden uitgegeven door gemeentelijke elektriciteitssbedrijven en gedistribueerd via winkels en muntautomaten verspreid in de gemeente. Ze moesten in een muntmeter, in de meterkast, gedaan worden om elektriciteit te kopen. De meteropnemer leegde de muntmeters.
Er waren ook gemeenten waarin muntmeters waren geplaatst die gewoon muntgeld accepteerden. Deze gemeenten zagen zich in 1942 geconfronteerd met het probleem dat de nieuwe zinken Nederlandse munten een andere afmeting hadden dan de oude zilveren en koperen munten. Bij Rijks Munt zijn in opdracht van deze gemeenten zinken elektriciteitspenningen geslagen. Op de voorzijde ervan is de naam van de gemeente aangegeven, op de keerzijde de waardeaanduiding in centen. De afmetingen zijn gelijk aan die van de oude munten met dezelfde aangegeven waarde.